Hij merkt dat dat het is: hij heeft geen zin in muziek, het boeit hem niet. Is het loomheid van het bier of gaat het verder dan dat? Misschien is dit het beste bewijs dat het inderdaad afgelopen is; het draait niet om de garage, of de muziek, of deze plek, waar het om gaat is dat hij er genoeg van heeft, dat hij zijn werk niet mist, en Laura niet, dat hij aan Eileen kan denken zonder naar haar te hunkeren - want geef toe, het loflied op haar lichaam dat hij zong was een afscheidslied -, dat hij zijn wereld niet mist, dat hij er vrede mee heeft dat hij hier is. Dat hij hier wil blijven, is het beste bewijs dat hij hier is. Hij formuleert de gedachte en beseft dat hij niet precies weet wat hij ermee bedoelt, maar hij weet zeker dat het klopt. Misschien is het poëzie.'
(Rob van Essen, Alles komt goed)

Geen opmerkingen:
Een reactie posten